Af en toe beland ik in een vruchtbare fase. Dan transformeer ik in gedachten volledig tot een volledig Zen geworden vrouw en zie ik elke dag opnieuw wat ik de weken ervoor niet zag. Ken je dat? Dit soort uren, dagen weken (daarna stopt het, ik blijf natuurlijk niet eeuwig op een wolk zitten…) vind ik heel waardevol omdat het me helpt om op een bepaald gebied ofwel het roer om te gooien ofwel van inzichten te veranderen zodat ik met bepaalde dingen makkelijker om kan gaan.
De laatste weken ben ik ook weer zo bezig. En wat is het frappant dat je dan in een bepaalde ‘flow’ beland lijkt het wel. Het is een domino effect. Want er is dan een onopgemerkt begin. Een start van deze periode die je dikwijls niet bewust meekrijgt. Totdat je het ene na het andere artikel ‘toevallig’ openslaat en je zittend op de wc opeens een Eureka moment hebt (**pling!!**) Want inderdaad, op het toilet liggen de meest inspirerende tijdschriften (verhuisd van krantenbak naar wc omdat anders de woonkamer zo vol wordt…) #keuzeskeuzes
Het leven is namelijk best vol vind ik. We moeten zo veel (vooral van onszelf) en we willen overal maar wat graag aan voldoen. Het begon een paar weken geleden toen iemand me het boek “geluk zit niet in een sixpack” tipte na een eerlijk gesprek via de Instagram-app. Ik ben de dag erna meteen naar de boekhandel gereden en bestelde het boek. Toen de verkoopster mij tijdens het bestelproces meteen opmerkte: “nou, daarover zijn de meningen anders nogal verdeeld” vond ik dat een typische opmerking.
Allereerst is zij verkoopster en hoeft daarover (in mijn optiek) met een opgetrokken wenkbrauw geen uitspraken te doen. Ten tweede insinueerde ze met deze opmerking dat het haar in elk geval wel wat deed. Zo’n sixpack. Afgezien van hoe bereikbaar of onbereikbaar het hele fenomeen is. Nadat ik het boek besteld had wandelde ik nog wat rond in de boekhandel.
Ik heb dus he-le-maal niets met boeken dus het was niet verwonderlijk dat ik uiteindelijk in het dieet/voedings/recepten-hoekje belandde. Daar kan ik in elk geval nog plaatjes kijken en spreken de foto’s voor zich. Maar ook hier geldt: ik heb er weinig mee. En dat is ook weer raar want ik vind het wel prachtig staan: zo’n gezellige keuken met een vitrinekast vól servies en vól gezellige kookboeken. Zo hoppekee uit de Libelle weggemieterd. Of een of ander glossy kookblaadje. Wat zeg ik, zelfs de Allerhande kan bij mij een gevoelige snaar raken als het gaat om sfeerfoto’s.
Toch snuffelde ik rond. Mijn oog viel per abuis op verschillende boeken. Geluk zit in een sixpack had ik dus besteld (niet eens wetende waar dit hele boek over zou gaan). Toen zag ik een boek: eet taart, krijg en sixpack. Ik sloeg het boek open, las en kreeg een hilarische lachbui. De schrijfstijl van deze schrijver deed me hardop lachen: kopen dus. Veel te grappig. Hij schreef zo down to earth en logisch (zonder mooie verpakking en zelfs een tikkeltje grof) dat ik om was. Deze man geloofde duidelijk niet in hypes. Mee naar de kassa dus.
Daarna zag ik een boekje over hormonen. Nou, aangezien ik volgens mij louter besta uit hormonen (ik ga hierover niet eens meer een zin verkwisten in deze blog) was ik reuze nieuwsgierig. Er waren twee soorten: eentje met alleen maar informatie en eentje met bijgeplakte recepten. Ik ging voor de eerste variant. Ik ben namelijk slecht met kookboeken. Niks wordt bij mij zoals op de foto en niks smaakt zoals op de foto. Laat maar dus.
Toen trok een ander boek mijn aandacht: eet als een atleet. Nou ja, wat leuk die! Wederom geen kookboek maar wel een handig boek waarin van alles geschreven staat over macro’s en verhoudingen. Voor elke sporter wat wils. Want de ene sport vraagt andere dingen dan de andere. Je kon uitpluizen onder welke categorie je valt en zo je eigen macro’s samenstellen. Nou, daar heb altijd wel oren na. Het is wat mij betreft een cadeau wanneer je jezelf zo veel mogelijk kunt leren. Zodat je niet persé hoeft te leunen op een ander. Een stukje basiskennis zeg maar.
Als laatste kocht ik een boek die ik misschien niet nodig had gehad. Maar toch trok hij mijn attentie. Ik had er al veel over gelezen en mezelf zelfs al eerder onderworpen aan deze eetstijl. Echter had dit andere oorzaken welke ik u allen graag bespaar. Maar toch, toch trok het me aan. Het boek heet: in 30 dagen suikervrij (of zoiets) en er wordt geschreven over het gebruik van suiker. De schrijfster nam het woord suikerverslaving veel breder dan een ‘feitelijke’ suikerverslaving. Zij schreef dat we in een ‘versuikerde’ maatschappij leven.
Een maatschappij die vooral draait om ‘mooier, meer, beter, rijker, duurder’ etcetera. En bam, daar kon ik me heel goed in herkennen. Want dat zie ik ook een boel om me heen en heus ook wel bij mezelf. Die continue drang naar meer, beter, en de drang om hier vooral naar te willen blijven streven. Het woord ‘tevreden’ dringt steeds verder naar de achtergrond terwijl dat de basis van een gelukkig leven is. Het hoofdingrediënt.
Voordat je nu denkt dat je nooit je best moet doen je te blijven ontwikkelen (hetzij in je hobby, je baan, je sport of whatever), dat bedoel ik niet. Want ontwikkeling betekent groei. En groei hebben we nodig om ons nuttig en gelukkig te voelen. Nee, het is vooral het je blindstaren op dingen die juist niets toevoegen aan het leven. Want je kunt wel dénken dat die extra slaapkamer in je huis je ultiem geluk brengt. Maar staat die twintig vierkante meter extra garant voor happiness? Is het je een verhoging van tweehonderd euro hypotheekverhoging in de maand waard? Of doe je liever andere mooie dingen met je geld? Meer is niet altijd meer. Het kan ook minder betekenen…
Relativeren is het sleutelwoord. Het geldt voor zoveel dingen. Versuikering van het leven. Ik vond het een mooie vondst. Een mooie uitdrukking. Hoewel ik me niet met álles kan identificeren waren er wel degelijk dingen die me aanspraken. Minder vlees eten en letten op bewerkt voedsel. Wanneer ik lees dat je een jaar kunt douchen van de hoeveelheid water die nodig is om één kilo vlees te produceren schrik ik me rot.
Er was nog een tekst wat me raakte. “Wanneer je iets ziet wat te mooi is om waar te zijn, is dat meestal ook zo. Want wanneer iets goedkoop is, betekent dit niet dat het weinig gekost heeft. Het betekent dat JIJ de prijs niet hoeft te betalen maar dat iemand anders dat al gedaan heeft” En daarmee bedoelen ze de vrouw in een land die voor elf dollar in de maand moet leven. Die dagen draait van 20 uur en niet eens weet wat een snipperdag betekent. Die op haar veertigste al geen gebit meer heeft omdat ze zichzelf amper kan voeden. Maar hey, die leuke tijdschriftenmand kostte maar een prikkie…
Zoveel dingen die misschien voor jullie al gesneden koek zijn maar die ik de laatste weken stuk voor stuk las en die me raakten en waarmee ik wel iets moet doen.
Gisteren ben ik bij een andere kapster geweest. En dat alleen was al iets wat erin hakte. Vooral in mijn hoofd want ik voelde me telkens opnieuw een verrader ten opzichte van mijn huidige kapster. Want zomaar naar een ander gaan doe je toch niet…? Toch deed ik het. Ik sprak af met, hier komt het, een biologische kapsalon. Say Whaaaat??
Ja. Dat dus. Voor een oriënterend gesprek want ik wilde beslist voorgelicht worden en zij wilde beslist voorlichten nog voordat ze ook maar een pluk aanraakte. Ik werd ontvangen met (hoe kan het ook anders) verse muntthee en nam plaats. Ze oordeelde dat mijn haar er niet mooi uit zag (hey, thanks, dat had ik net even nodig 😉 ) Ze had het (gezien de tijd dat ik het kleur, blondeer en viceversa) erger verwacht maar nog steeds zag het er lusteloos uit. En Andrélon ging me hierbij niet redden.
Helaas was ik het met haar eens. Toen ik het de laatste keer liet blonderen van donker naar blond, voelde ik bijna met mijn haar mee. Huh? Ja echt. Ik dacht steeds aan het heftige bleekmiddel wat de kleur eruit haalde omdat ik dat wilde. Twee keer een kappersbezoek maakte mijn lokken vooral bovenop bleker. Want daar had ik om gevraagd. Maar the sky’s the limit! Al wil je je haren paars of blauw verven. Niks is onmogelijk. Wel moeilijker, maar niet onmogelijk.
Toen ik naar de salon toeging droeg ik mijn dagelijkse kloffie. Amper een spoortje van make-up en een rode bril met afdruk op mijn neus. Mijn haar hing futloos langs mijn gezicht en ik voelde me niet bepaald miss Holland zeg maar. Ze bekeek me en zei me dat ik een mooi gezicht had waar veel kleuren wel bij zouden staan zolang er maar warmte in zat. Toen ik haar vroeg welke kleur ze me zou adviseren liet ze me de kleur van mijn zoon zijn haren zien. De kleur die mijn eigen kleur van vroeger benaderde… Dat ze mijn blote gezicht zónder poespas mooi vond terwijl ik dat zelf dus écht niet vind raakte me.
Ze adviseerde me om mijn haren te laten kleuren terwijl ik ón-opgemaakt in de stoel zat. Want, zei ze, wanneer je je haren (en jezelf) mooi vind terwijl je volledig jezelf bent, vind je het ook prachtig mét make-up op. Bam. In. Da. Face. Geen make-up dragen en jezelf toch mooi voelen is namelijk nogal een dingetje. En toch draag ik het vaker niet dan wel. Dan is het me de moeite niet waard en denk ik: whateverrrr? Wanneer ik mijn man vraag of hij me mooier met of zonder make-up vindt antwoordt hij: het maakt me niet uit. Dat geloof ik nooit. Maar aan de andere kant, waarom zou hij met iemand gaan die hij zonder poederdoos afzichtelijk vindt?
En dus gaan we het beleven. Ik heb een zeep meegekregen waarmee ik mijn haar moet wassen en het is de uiteindelijke bedoeling dat je je haar nog maar één keer per week hoeft te wassen… Iiiiiiieeeuuuwwww (insert hysterische emoticon). Dat alleen al vind ik hilarisch. En eng. En vies. Want dat ben ik niet meer gewend sinds mijn kleine-kinder-tijd toen de douche nog niet bestond…
Aan de andere kant, wanneer ik van uitgroei verlost ben, mijn haar er weer natuurlijker mooi uitziet en mijn badkamer niet langer uitpuilt van de cremespoelinkjes en shampoos lokt mij dat ook wel… Ik kan het toch nog niet voorspellen. Hoewel ik er erg sceptisch tegenover sta vind ik ook dat ik het een kans moet geven. Je kunt niet oordelen voordat je er ervaring mee hebt toch? En dus gooi ik mijn schuldgevoel van me af en ga dit haar avontuur aan. En sla een kruis om mezelf moed in te spreken…;-)
1800 woorden verder begrijp je mijn fase misschien beter. En kan ik niet anders dan concluderen dat het lekker voelt. Letterlijk schoon schip maken. Orde op zaken stellen. Je huis uitmesten, je hart, je Facebook (heb ik tussendoor ook nog gedaan 😉 en jezelf meer lucht gunnen. Alles wat je oprecht blij en gezond maakt heeft prioriteit. Alles wat je ook maar enigszins een opgefokt of naar gevoel geeft niet. Dat kun je maar beter lozen. Je bent niet een afvalcontainer van de maatschappij. Gedraag je er dan ook niet naar 😉 Wat mij betreft is het tijd voor een ‘ontsuikerende’ periode! Fijne donderdag xxx
Mmm, benieuwd wat je hebt moeten betalen… 🙂
LikeLike
Haha nog niks😉 De behandeling van het kleuren scheelt niet veel met wat ik gewend ben in elk geval dus ik hoop op het beste ☺️🙌🏻
LikeGeliked door 1 persoon