Het is vandaag 14 Februari 2017. Terwijl ik met een bos vettig haar rondloop en over een opengeschuurde bovenlip secu neus beschik, ben ik vandaag bepaald niet Valentijns-waardig al zeg ik het zelf. De natuur echter, heeft de tot nu toe mooiste dag van het jaar uitgezocht om zich aan deze liefdesdag te verbinden. Het is vandaag precies een jaar geleden dat mijn lieve opa zijn adem uitblies richting de wolken. Daar zat oma al op hem te wachten en samen hebben ze 14 februari 2016 ingeluid als een nieuw begin samen. Daar waar de zon altijd schijnt en de sterren helder stralen. Samen op een wolk met een pot ingemaakte peertjes. En stamppot mous. Lekker.
Toen opa en oma jong waren bestond Valentijnsdag óók al. Ware het niet dat ik het vermoeden heb dat ze er nog nimmer wat mee gedaan hebben. Vast klinkklare onzin hebben ze het gevonden. Weggegooid geld om in het kader van zo’n dag wat voor elkander te kopen. Ik vraag me oprecht af óf ze überhaupt op de hoogte waren dat 14 februari een speciale dag was. Een dag die ooit in het leven geroepen is om de liefde te vieren. Want het schijnt dat Valentijnsdag al van oudsher is. Van toen er nog geen webwinkels en E-cards waren. Nog geen smartphones en digitale brievenbussen. Uit de tijd toen men nog een handgeschreven brief moest sturen met een postkoets of postduif. Of elkaar gewoon nog moest veroveren.
In den beginne vierden de mensen eens per jaar een vruchtbaarheidsfeest, ‘Lupercalia’. Lupercalia vierde men op 15 februari ter ere van Juno en Pan. Juno was de Romeinse beschermgodin van de vrouw en het huwelijk, Pan was de God van de Natuur.
Het verhaal vertelt dat de namen van jonge ongetrouwde vrouwen in een grote kom gegooid werden. De ongehuwde mannen mochten dan om de beurt een naam trekken en degene die je trok werd dan je toekomstige partner. In het jaar 496 kwam aan dit ritueel en feest een einde doordat paus Gelasius besloot dat dit te heidens was.
In de 18e eeuw werd het Valentijnsfeest in het leven geroepen. Tegenwoordig gevierd als Valentijnsdag. De dag van de liefde zeggen ze dan. De dag waarop je degene die je stilletjes aanbidt mag gaan verrassen met een bloemetje, een kaart of iets anders waarvan zijn aanbeden hartje sneller gaat kloppen. De historische oorsprong van dit feest is een beetje twijfelachtig. Er zijn verschillende legendes die de geschiedenis vertalen dus ik kies maar gewoon voor de hedendaagse interpretatie. Het hoeft ook allemaal niet zo ingewikkeld.
De liefde is per slot van rekening zo ingewikkeld als je het zelf maakt. Toch is het wel interessant om te lezen wat de oorsprong en herkomst van gebruiken is. Want we vieren het dan wel massaal en hoewel ik vaak van mening ben dat het juist de detailhandel is wat maakt dat zo’n feest gevierd wordt, menigmaal is dit niet het geval en zit er wel degelijk een historisch staartje aan een gevierde dag.
Ik vind het wel een mooie dag. Alleen de naam al “Valentijn” klinkt me zweverig en romantisch in de oren. Het had mooi gestaan op mijn paspoort: Valentijn. Al denk ik dat het meer een jongensnaam zou zijn. Ik heb zelfs nog geopperd onze toekomstige zoon deze naam te geven maar dit ging hem niet worden. Mijn wederhelft kon zich hierin beslist niet vinden. Wilde niet dat ons kind geassocieerd zou worden met een liefdesverklaring. Al was hij dat natuurlijk eigenlijk wel. Of nou ja, heet was meer een fysieke liefdesverklaring waaruit ze zijn ontsproten. Anyway, zijn naam werd Beau. Ook mooi al zeg ik het zelf. Wat heet, het betekent zelfs ‘mooi’…
Vaak zat heb ik valentijnskaarten verstuurd. Ik heb er slechts één mogen ontvangen in mijn loopbaan als vrijgezel(lige) vrouw. Van wie die ooit gekomen is weet ik tot op de dag van vandaag nog steeds niet. Wat grappig is aan zo’n onbekende kaart is dat je fantasie er behoorlijk van op hol slaat.
Want zoals altijd was ik natuurlijk hoteldebotel op weet ik veel wie en hoeveel knapperds, maar wist ik wie mijn die kaart gestuurd had? Echt niet. En dat maakte de opwinding een stuk groter. Want zoveel mannen zoveel kansen. Het is met niet een van allen wat geworden dus zal de kaart naar alle waarschijnlijkheid van een weel heel stille aanbidder geweest zijn. Eentje die slechts kon schrijven in plaats van praten. Ik heb zelfs mijn broer ervan beticht hem gestuurd te hebben om zijn lieve zusje een lol te doen maar dit ontkende hij in alle toonaarden. Ik vraag het me nog steeds af.
Gisteren werd ik zélf verblijd met een mooie bos witte rozen. Eens heb ik geopperd dol te zijn op witte bloemen. En hoewel de tijd van sereniteit en hemelkleuren eigenlijk allang verstreken is en ik vandaag de dag ook blij wordt van rood, oranje, geel roze en paars, blijft het voor mijn lief de kleur ‘wit’ waar hij me mee denkt te verwennen.
Dat deed het vroeger ook beslist. Want elke kleur in mijn huis maakte me overstuur. Het moest vooral licht en steriel zijn om me heen. Kleuren zorgden voor gekte, voor onrust en voor hoofdpijn. Die lieverd denkt dat nog steeds. Maar het hindert niet, ik ben als een kind zo blij wanneer ik óók eens vertroeteld wordt met een bosje blaadjes in de knop. Welke kleur hij daarbij uitkiest zal mij een worst zijn. Het gaat om het idee dat hij aan me dacht. En gelukkig doet hij dat vaak genoeg 😉 (de oorzaak van al zijn denk-aan-mij- momentjes laten we hierbij fijn in het midden…)
Dat de liefde ook bij kleuters en schoolkinderen (hierin zit een groot, groot verschil) reeds een rol speelt wist ik natuurlijk allang. Dit vanwege mijn eigen kleurrijke geheugen maar ook van de belevenissen van mijn eigen kroost op hun school. Want dat ook kleuterhartjes kunnen breken en opleven is heel normaal. Het zijn immers gewoon (kleine) mensen. En het gevoelsleven van grote en kleine mensen verschilt niet eens zoveel van elkaar.
We worden blij van de liefde. Het maakt ons warm van binnen. Van een bekende liefde, van onbekende liefde; waar het vandaan komt maakt niet uit; zolang het maar oprecht is. En dus vieren we vandaag de dag van het Rode Hart en worden er weer kaartjes verstuurd, chocolaatjes opgegeten en gedichten uit de brievenbus gevist. Er wordt weer kwistig met kussen en knuffels gestrooid en we vertellen elkaar hoeveel we van elkaar houden.
En dat laatste is iets wat we elke dag zouden moeten doen. Elkaar zeggen hoeveel we van elkaar houden. Een vlugge kus, een knuffel, een arm om je schouder. Oprechte liefde overtreft elk in waarde uit te drukken cadeau wat het ‘houden van’ zou moeten symboliseren. Want liefde is niet uit te drukken in geld, noch cadeaus’s. Liefde zit van binnen. Liefde zit in je hart. Net als dat dat bij opa en oma zat.
En dus vier ik deze Valentijnsdag stilletjes mee en hoop ik vurig dat ik met mijn eigen Valentijn nog heel veel liefde mag uitwisselen om tegen de tijd dat onze wegen zich niet langer op aarde bevinden samen op een wolk Valentijn te vieren. Want de dood is niet dat wat scheidt. Het is slechts de deur naar de eeuwigheid. Fijne Valentijnsdag! xxx Paulina