Ik vraag me af waar woorden vandaan komen. Er zijn d’r namelijk nog al wat. En wanneer je bedenkt dat er ook heel veel talen zijn waarin woorden zitten die wij hier in Nederland niet kennen, in het Chinees bijvoorbeeld, kun je je voorstellen dat taal omvangrijk is. En zeer, zeer verstrekkend bovendien.
Lang, lang geleden bestond er nog geen taal. Men ‘sprak’ met elkaar door geluiden te maken en gebaren te gebruiken. Taal was niet aan de orde. Ik zou wel eens als een fly on the wall terug in de tijd willen; een kijkje nemen in al die stadia de de tijd doormaakte. De verscheidenheid aan talen, woorden, begrippen en gebaren. Hoe de mensen vroeger met elkaar communiceerden.
Erg zachtzinnig zal het er niet altijd aan toe gegaan zijn stel ik mij zo voor. Wanneer meneer de holbewoner zin had in een voortplantingsritueel kon mevrouw de holbewoner dit maar braafjes ondergaan. Dat werd niet in een liefdesverklaring aan haar gevraagd, neen, dit bestond toen nog niet. Het is maar de vraag of de Neanderthaler van weleer in staat was woorden uit te spreken of dat dit veel later is ontstaan.
Net als monogamie for that matter. Seks diende vooral een doel: voortplanten. En voor voortplantingsrituelen behoeft men niet het hele ABC op te kunnen ratelen. Laat staan lieve en fluisterende woordjes te gebruiken. Dit kon ook wel zonder. En het bewijs hiervoor is de gehele wereldbevolking an sich.
Evolutie is een bijzonder fenomeen. Het aanpassingsvermogen van de mensheid én het dierenrijk is fenomenaal. Klein blijven in tijden van kou en honger, langer worden door de welvaart, nog maar de simpele aanpassingen die de mens maakt. En gek genoeg is ons aanpassingsvermogen alleen maar beter geworden lijkt het wel, zelfs nu we geen oermensen meer zijn.
Terug naar de taal. Ik houd ervan. Ik luister graag naar liedjes, lees graag gedichten of schrijf ze zelf op. Taal is perfect om een gevoel in te leggen, om te weerspiegelen wat je bezig houdt en jezelf uit te drukken. De taal is als een melodie. Telkens weer andere akkoorden die je naar eigen smaak kunt gebruiken. En makkelijk, je hoeft er geen noten voor te kunnen lezen.
Het was vandaag een heftige dag. Niet eens vanwege heftige gebeurtenissen, maar gewoon vanwege een oorverdovende drukte in mijn hoofd. Ik begon te schrijven over vroeger en het maakte me weemoedig. Ik zocht naar dingen van vroeger. Ik zocht naar de taal, de klank en de geluiden die ik opeens miste.
Ik ben voor de helft Fries en voor de helft Gronings. Ik woon in Friesland dus hoor de Friese taal dag in, dag uit, en spreek het zelf natuurlijk ook. Mijn moeder spreekt zelden Gronings. Ofwel wanneer ze iets vertelt ‘wat iemand zei’ ofwel wanneer ze gruwelijk boos is. Dat laatste vermijd ik liever dan dat ik haar op die manier de Groningse taal hoor spuwen.
Maar ik houd d’r van. De Groningse Taal. Ik houd van de melancholie, het geknauw, de toon, de intonatie, de woorden en van de mensen die het spreken. Het is gek genoeg een deel van mezelf waar ik best trots op ben. En vandaag besefte ik me dat mijn moeder zo ongeveer de enigste om me heen is wie ik nog Gronings kan horen spreken. En als zij er niet meer is, hoor ik het nog minder of wellicht wel nooit meer van zo dichtbij.
En dat juist wanneer ik geniet van de verhalen van vroeger, de woorden die onverwachts opduiken en de uitdrukkingen die soms gelanceerd worden. Taal. Het hoort bij ons. En het dialect of taal waarmee je grootgebracht wordt is onlosmakelijk met jezelf verbonden. In mijn geval zowel Fries als Gronings.
Je taal of je accent is wel het laatste waar je je voor zou moeten schamen. Hoewel veel van ons het liefst Hooghaarlemmerduits met een rollende Gooische “R” laten horen, maakt jouw klank een groot deel uit van wie je bent. En daar hoor je trots op te zijn.
Met een traan in mijn oog stond ik vanmiddag liedjes te beluisteren in de Groningse taal. Wia Buze met de Roos, Ede Staal met een heel repertoire aan Groningse liedjes. Het is de klank van mijn Groningse familie.
De kinderen konden het kattengejank niet langer aanhoren en sloten de deur waardoor ik samen met m’n Bluetooth speaker in de keuken achterbleef, snotterend de aardappels te schillen. Stamppot boerenkool met spekjes en een gehaktbal. Paste precies bij de ambiance vond ik zelf.
Ede Staal: doar bluit mien earappellaand