Gegronde angst (of niet…?)


Hypochondrisch gedrag is mij niet onbekend. Nou is het niet zo dat ik bij elke puist denk dat ik naar een dokter moet, integendeel, maar zodra het een vreemd bultje of plekje betreft wordt het al iets genuanceerder. Dan begin ik me oprecht af te vragen of het iets raars is…

Soms is het zelfs zo, dat een bepaald plekje op je lijf al begint te kriebelen wanneer je er aan denkt. Als je je dan bedenkt dat het misschien ooit uitgroeit tot een nader te onderzoeken plekje die je vooral niet moet negeren. Natuurlijk gebruik je hierbij je gezonde verstand en verdring je zulke gedachten naar de achtergrond, maar het komt ook altijd weer terug op onverwachte momenten.

Deze hypochondrische aanvallen betreffen mij eigenlijk altijd maar één ziekte: kanker. Het is één van mijn grootste angsten. De reden hiervoor laat zich raden. Dat één op de vijf mensen hierdoor getroffen wordt is hiervoor niet geheel onbelangrijk. Dat je net zo goed getroffen kunt worden door een aandoening die slechts een op de tien-miljoen mensen heeft vergeet ik voor het gemak dan maar even.

De angst dat je kinderen getroffen worden door het een of ander is dan ook altijd op de achtergrond (en soms ineens op de voorgrond) aanwezig. Wanneer je een artikel leest over een kindje dat overleden is (er overlijdt een kindje elke twee á drie dagen aan kanker!) schiet ik acuut vol. 

Vorig jaar stopte ik met Facebook. In datzelfde jaar vond ik via een Facebookpagina een berichtje over een jongetje, Mees, die leed aan neuroblastoom kanker. Hij wilde dolgraag kaartjes ontvangen en er werd massaal gehoor aan gegeven. Ook wij stuurden een mooie tekening op naar Mees. Ik bleef het blog van zijn moeder volgen over de progressie en voortgang van hun zieke kereltje. En altijd hopen op een wonder…

Ik ging van Facebook af en zocht eerder dit jaar naar dezelfde Mees…. Hoe zou het hem vergaan? Hoe zou het met hen allemaal zijn? Omdat ik niet meer meelas met de verhalen van de moeder, wist ik dus niet dat Mees inmiddels overleden was…. En daar zat ik dan, met mijn mobiel die inmiddels onder drupte van de tranen. Ik zou alleen even kijken en ineens vond ik daar het verslag van zijn laatste nacht. Onbeschrijfelijk en God wat confronterend. Dood. Begraven. Weg.

Ik geloof dat ik geen engere ziekte kan bedenken dan kanker. Zoals ik las in de Linda, het is een moordenaar die op de loer ligt, altijd paraat om toe te slaan. Geen grotere angst  voor je naasten, voor de mensen die je liefhebt, voor de machteloosheid waartegenover je komt te staan als je getroffen wordt door deze levende hel. Tuurlijk, de kans op overleving is bij iedereen verschillend, maar de kans dat het leven stopt is altijd aanwezig.
Gelukkig gaat het onderzoek naar deze horror ziekte door en wie weet voltrekt zich ooit het wonder dat ervoor zorgt dat deze ziekte in al zijn hoedanigheden oprot. Voor altijd uitgeroeid. Hulde aan alle onderzoekers die proberen dit wonder waar te maken. Hulde aan alle mensen die zich inzetten voor alle getroffenen. Wanneer de directieleden van dergelijke Stichtingen nou ook nog eens een keurige vergoeding zouden krijgen voor hun inspanningen werd de kans op succesvol onderzoek wellicht nog groter. Zou weer een tonnetje schelen wat ten goede komt voor onderzoek. Maar goed. Dit terzijde.

Ik doe in elk geval een wens. Een wens voor Mees en zijn draak. Een wens voor een ieder die op wat voor manier dan ook geraakt wordt door deze ellende. Een wens voor genezing.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: