Het is weer “uitverkoop-tijd”. De winkels staan weer bol van de borden, stickers en pijlen om ons vooral de winkels in te lokken om er met handenvol mooie aankopen weer tevreden uit te wandelen. Hoewel mijn slogan altijd was: “wat ik anders niet koop, hoef ik in de uitverkoop al helemaal niet” (dit was dus in mijn verstandige tijd) is nu een beetje bijgesteld naar: “ach, wie niet waagt, wie niet wint”. Meer zoiets.
Zo ook eergisteren. Met het zomerkamp van de kinderen in het vooruitzicht moest er nog het een en ander aangeschaft worden. En terwijl ik struinend naar regenpakjes door de stad slenterde, viel mijn oog op zo’n schreeuwerig bord met de letters: UITVERKOOP. Mwoaah, zal ik wel of zal ik niet? Dus hupsakee, eventjes een kijkje nemen tussen de rekjes. En jawel, mijn aandacht werd vrijwel meteen getrokken door een beeldig jurkje. Zwart wit gestreept, mooi aansluitend en afgewerkt met rode biesjes en een rood colletje. “Nou, als ik daar geen prinsesje in lijk weet ik het ook niet meer”, waren mijn eigen woorden die zich als een mantra in mijn hoofd begonnen te herhalen….
De paskamer in en gaan met die banaan. En O, wat zat ie prachtig. Hij sloot zo mooi aan en ik voelde me op en top. Zwaaide de gordijnen opzij en draaide een pirouette in de spiegel. Maar mijn heerlijke gevoel verdween als sneeuw voor de zon. In één keer, foetsie. Achter in de winkel, daar waar ik mijn jurkje paste, zaten twee oudere dames. Eentje van pak’m beet in de 70, en ééntje die overduidelijk ouder was. Maar ach, respect voor de ouderen en bovendien leken ze vriendelijk.
Ik vroeg aan de verkoopster hoe mijn achterwerk in dit snoesje uitkwam (en hoe erg is het eigenlijk dat er zoveel vrouwen zijn die een vreemde vragen hoe hun kont eruit ziet in de nieuwe aanwinst terwijl ze best weten dat het er prima uitziet?!!) en het antwoord rolde uit de mond van één van de oma’s. Niet van de verkoopster, want die kreeg de kans hier niet voor, nee het was de 70+ oma die de legendarische woorden sprak: “Tja, jij hebt een hang – kont he? Kijk ik heb dat niet. Ik heb een bolle kont. Ja dat is ook niet altijd mooi, maar jouw billen hangen een stuk lager dan de mijne!”
En BOEM ik dacht dat ik flauwviel… Ik raapte me bijeen en vatte even kort samen: “Dus als ik het goed begrijp hangen mijn billen meer dan de uwe??!!”; waarop ze kort en bondig antwoordde met “ja, mooi dat die horizontale strepen net over je dijen vallen, dat kleedt mooi af” (!!!!). Ze ging staan en liet me haar bevallige achterwerk zien. Echt waar, mijn mond viel open en wilde niet meer dicht. Iemand van midden zeventig met een paar cellulite benen, spataderen waar je “U” tegen zegt, een hoofd vol rimpels en een heeeeeele foute witte legging (lees: halve panty) én een ‘bolle kont’ (lees: een reuze reet), zegt tegen mij dat ík een hang-kont heb. I rest my case. He, wat begin ik toch altijd uit te vallen als iemand mij ongevraagd en onterecht bekritiseert… Raar is dat.
Toen ik het jurkje afrekende (want ik ben natuurlijk niet gek, dat jurkje stond ab-so-fucking-lutely fabulous met mijn hangkont erin 😉 riep ze luchtig “daahaag” waarop ik terug riep “daahaag, past u op dat u niet klem komt te zitten met uw bolle kont??” Ja, ja, ik weet het, ik had het niet moeten doen. Tenslotte was het een dame op leeftijd. Maar het voelde wel lekker. Eenmaal thuis heb ik het jurkje aan getrokken (compleet met zwarte hoge hakken) en mezelf ter bevestiging eerst eens twintig keer in de spiegel bekeken – van voren en van achteren. Pfff, niks te klagen en zo trots als een pauw.
Kort samengevat had ik mezelf een hoop ergernis kunnen besparen. Niks vragen, aantrekken, mijn zelfkritiek en zelfkennis z’n werk laten doen, inpakken en wegwezen. Dan had oma zich bij terugkomst in de verzorgingsflat waarschijnlijk op haar medebewoonsters gestort die haar geleuter inmiddels al zó lang kennen dat ze zich er allesbehalve druk over maken… En zo dames en heren, hebben we ook dit keer weer een wijze les geleerd. Je kont beoordelen kun je zelf héél goed 😉